Van overgevoeligheid tot hooggevoeligheid
(of: van kneusje tot Engel)
Veel mensen zijn overgevoelig. Ze kunnen het lawaai, de agressie en het jachtige tempo van de moderne samenleving slecht verdragen. Ze hebben vaak last van psychosomatische klachten en slapeloosheid. Wat anderen vanzelfsprekend vinden, gewoon meedoen met de rest, is voor hen een hele opgave. Een gezellig feestje met de familie is voor hen vaak een ramp.
Als kind werden ze vaak slecht begrepen en aangevoeld. Omdat ze moeite hebben om voor zichzelf op te komen en vaak wegdromen is de schooltijd ook vaak onaangenaam geweest. Een succesvolle maatschappelijke carrière is meestal ook niet haalbaar voor hen: het is vaak een beetje mee sukkelen aan de rand van de samenleving. Meedoen met het normale leven wordt als heel uitputtend ervaren.
Door dat alles is het zelfbeeld ook niet geweldig: het hangt meestal aan elkaar van de minderwaardigheidsgevoelens. De gedachten zijn vaak somber en kunnen eindeloos door het hoofd malen.
Dit bovenstaande beeld is natuurlijk een beetje een karikatuur. Toch zullen velen er zich in herkennen.
Laten we nu eens even wat positieve kanten van overgevoelige mensen opnoemen.
Ze houden van rust en vrede, en ze verlangen ernaar in harmonie met hun medemensen te leven. Ze zijn gevoelig voor schoonheid, met name die van de natuur, ze zijn heel invoelend en staan open voor het spirituele. De fantasie is rijk. En ze merken, vaak tot hun eigen verbazing, dat als een ander echt problemen heeft, zij vaak opgezocht worden om mee te praten.
Wat is er nu echt aan de hand met deze mensen? Het antwoord is dat ze niet overgevoelig zijn, maar hooggevoelig.
|